De bosbrossers tonen ons een deel van de weg naar een beter leven

Nu Etienne Vermeersch gestorven is gaat er veel aandacht naar zijn ecologisch essay 'De ogen van de panda'. Toen Ivan Illich in 2002 stierf was daar veel minder aandacht voor in Vlaanderen dan voor het overlijden van Vermeersch nu. Nochtans was en is Illich veel bekender in de wereld dan Vermeersch het is, en terecht trouwens. Als Ivan Illich nog zou leven dan zou hij erg blij zijn met de bosbrossers/klimaatspijbelaars van vandaag. Ecologische denker en kritische pedagoog Illich, bekend van zijn klassieker 'Ontscholing van de maatschappij', zou misschien denken: 'Eindelijk. Eindelijk hebben mijn ideeën maatschappelijke invloed gekregen. De jeugd begrijpt dat schools leren helemaal niet hetzelfde is als leren en dat er belangrijke dingen buiten de school geleerd worden. En steeds meer jongeren worden ecologisch bewust.'
Maar wat moeten we nu doen met al die spijbelende scholieren die bezorgd zijn over de klimaatveranderingen? Iemand die ik ken lanceerde op het web een wild idee: "kunnen geëngageerde studenten of academici geen kennisdatabank maken met essays en artikels over klimaatgebonden kwesties?" Vanuit verschillende disciplines en bedoeld voor scholieren die er toe aangezet worden papers te schrijven om hun deelname aan de klimaatmars te verantwoorden. "Of kunnen we niet snel zelf wat voorbeeldpapers in elkaar boksen met inzichten uit de historische ecologie of de ecologische literatuurwetenschap?" Ecologische pionier Murray Bookchin bestuderen is voor mij dan één van de opties, maar ik zou het niet verplichten want dat is niet in de geest van dat waar Murray voor stond.
Waarom er momenteel zoveel jongeren in opstand komen? Het heeft veel te maken met het gegeven dat de generaties van jongeren die er aan komen het meest zullen lijden onder de klimaatcrisis. Hoe zou je zelf zijn als jongere wanneer je toekomst op deze manier gehypothekeerd wordt? Geconfronteerd worden met verslechterde leefomstandigheden en mensen die daarvoor op de vlucht gaan, o.a. als het gevolg van de klimaatveranderingen. Bij elke vorm van consumptie moeten nadenken over wat dat met het klimaat doet. Bij het eventueel kinderen op de wereld zetten moeten nadenken over wat dat met het klimaat doet, en wat die kinderen al dan niet gaan meemaken als het gevolg van de klimaatcrisis.
Eén van de dingen die de klimaatcrisis in de hand werken is het consumptisme. Veel mensen blijven massaal vallen voor het overmatig consumeren van goederen, kunnen veel vlees eten heel moeilijk of niet laten, zijn zeer blij met een vol getankte auto om de week door te komen of verliezen zichzelf in het shoppen. Maar waarom vallen al deze mensen er voor? En blijven ze er voor vallen? Een deel van het antwoord ligt in het gegeven dat veel mensen ontevreden zijn over hun dagelijks leven. Over de partner en de vaste relatie die ze niet willen kwijtspelen of kwijtgespeeld hebben. Over het eigen gezin dat niet bracht wat men er van gehoopt had. Over de vriendschappen die ze hebben of niet langer hebben. Over de job die ze hebben of maar niet vinden. En dus zoeken ze naar vertier in consumptiegedrag. Consumeren dient als compensatie voor frustraties in het dagelijks leven, en wordt gezien als een degelijk alternatief. Bovendien: zoveel mensen consumeren graag veel. Dus meedoen wordt als leuk ervaren. Men voelt zich minder alleen als men ook consumeert wat veel andere mensen consumeren.
Consumptisme is echter lang niet het enige probleem dat bijdraagt aan de klimaatcrisis. Wat ook veel bijdraagt daaraan: het economische systeem dat we hebben en alle sociale hiërarchieën die er zijn op het vlak van klasse, huidskleur, gender, leeftijd,... Daarnaast zie ik ook veel verwarring over de oplossingen die er nodig zijn om de klimaatcrisis tegen te gaan of binnen de perken te houden. Dat de bezorgdheid over deze crisis groeit is mooi meegenomen, maar zonder adequate oplossingen is die groeiende bezorgdheid een maat voor niets.
Overbevolking is een probleem maar mensen zetten nu eenmaal graag kinderen op de wereld, al dan niet met het idee dat die kinderen later voor hun eigen oude dag kunnen zorgen (in België met zijn uitgebouwd sociale zekerheidsstelsel en soms wat uiteenvallende families een ondergesneeuwd idee). Kernenergie draagt veel minder bij tot klimaatopwarming dan fossiele brandstoffen, maar is niet zonder veiligheidsrisico's en zorgt voor een groot afvalprobleem. Bovendien: wie dan wel wil er echt een nieuwe of oude kerncentrale niet ver van waar hij of zij woont? En dus moet er veel aandacht gaan naar de voordelen van hernieuwbare energie. Ook innovatie in een groei-economie, zoals de voorzitter van de N-VA voorstelt, is als rem op de klimaatveranderingen misschien meegenomen maar zal niet genoeg zijn.
Overstappen op een moreel economisch model waarin geen sprake meer is van groei maar wel van bloei is de opdracht. Nieuwe, duurzame technologie kan helpen, maar de wetenschap en technologische vooruitgang hebben hun limieten. Men kan er niet alles mee aanpakken van ecologische problematiek, veel zelfs niet voorlopig. En het is maar de vraag of men in de toekomst er veel meer mee kan realiseren om de klimaatopwarming een halt toe te roepen of binnen de perken te houden. Realistisch blijven is belangrijk, maar dan moet men ook wel de aard van de realiteit begrijpen. Bovendien: de huidige realiteit is niet die van de toekomst. En daar kan een heel groot verschil op zitten.

Popular posts from this blog

Oekraïne, een jaar later (4)

Oekraïne, een jaar later (2)

Het belang van de hoofddoekenkwestie