Rechtse niet-stemmers : hoe sterk zijn ze?

Het niet-stemmen lijkt in de lift te zitten. Waarom dat zo is? De beroepspolitici zijn er niet in geslaagd om hun beroep aantrekkelijk te maken voor mensen. Er zijn niet-stemmers in alle lagen van de bevolking, met ook de meest uiteenlopende beweegredenen om niet te gaan stemmen. Hebben linkse mensen daar een aandeel in? Ja, maar rechtse mensen ook.
Het niet willen gaan stemmen lijkt vooral een apolitieke reflex te zijn. Mensen hebben niet de wil om uit te zoeken voor wie of wat ze moeten gaan stemmen, welk partijprogramma het meest bij hun eigen interesses of overtuigingen aansluit. Ze zijn vaak ook ontgoocheld in het politiek immobilisme, er verandert zo weinig dat ze het stemmen liever aan zich laten voorbij gaan.
Politici zijn er vaak mee bezig om te proberen de publieke opinie in hun eigen richting te sturen. Dat is particratie. Het lukt niet altijd. Veel mensen keren zich dan ook tegen “de politieke klasse” in zijn geheel, en zijn maar moeilijk te overtuigen om wel te gaan stemmen.

Zelf ga ik niet altijd stemmen tijdens parlementsverkiezingen maar vind ik het steeds belangrijker worden voor mezelf om te gaan stemmen tijdens gemeenteraadsverkiezingen. Anderzijds, ik heb nog nooit met volle overtuiging op een partij of een persoon gestemd tijdens verkiezingen. Altijd weer hield ik er nogal andere opvattingen op na dan diegenen waar ik voor stemde.
Ik denk dat dit veel mensen overkomt, dat ze gaan stemmen maar zich wat vervreemd voelen van hun eigen stemkeuze. En daarom slaat stemmen niet aan bij deze mensen. Het gaat hierbij niet alleen om linkse of duidelijk apolitieke mensen, het gaat ook om mensen die zich tot het centrum of de rechterzijde voelen aangetrokken.
Rechtse niet-stemmers komen echter nauwelijks aan bod in de media, of we weten het over het algemeen niet dat ze niet stemden tijdens de verkiezingen. Indien de opkomstplicht afgeschaft wordt, bestaat wel het gevaar dat ze meer op de voorgrond gaan treden. Of ze soms zo'n sterke retoriek als rechtse politici zullen opbouwen? Ik denk het niet eigenlijk, daarvoor zijn ze te weinig geïnformeerd.

En waarom heb ik dan zo'n problemen met parlementsverkiezingen? Er moeten eigenlijk veel meer bevoegdheden naar gemeenten gaan vind ik, en er moeten nieuwe constructies komen van samenwerkende gemeenten die los staan van nationale constructies en identiteiten.
Parlementen zijn als idee voorbijgestreefd, net zoals het idee van economische nationalisering. Nationalisering is een te zwak alternatief voor privatisering, er moet een sterkere vorm van gemeenschapscontrole komen.
Nationalisering ent zich op nationale identiteiten en natiestaten, we hebben een modernere en meer democratische variant van gemeenschapscontrole op economie nodig.
Ik ben zelf nogal gewonnen voor economische municipalisering : gemeentelijke controle op economie. Wie daar over meer wil weten en Engels kent, kan hier terecht.

Popular posts from this blog

Oekraïne, een jaar later (4)

Het belang van de hoofddoekenkwestie

Oekraïne, een jaar later (2)